Ambachtelijk gemaakt

Puur, natuurlijk, lekker en mooi

Missie bier, een nieuwe uitdaging

missie bier

Ja, je leest het goed. Hier rapporteer ik over een heuse geheime missie. Ik begeef mij dus op glad ijs om te vertellen te vertellen over deze missie bier, zonder de details prijs te geven. De missie is een speciaal bier te brouwen met een eigen verhaal.

Nu brouw ik al enkele jaren en ik kan zeggen dat mijn brouwsels meestal wel goed uitpakken. Met mijn huidige apparatuur heb ik het brouwproces redelijk goed onder controle. Hierdoor wordt de kwaliteit van mijn bier steeds hoger. Redelijk wat mensen hebben van mijn bier kunnen proeven en ik krijg veel positieve reacties terug. Vrienden houden zichzelf graag aanbevolen voor een proefavondje. Ondertussen heeft mijn favoriete bier, de Jansenist, het juiste niveau bereikt en staat in een mooie voorraad in de kelder te wachten op een mooie avond met vrienden. Nu wordt het tijd om de grenzen te verleggen.

Aan de slag met de missie bier

Deze week begon dat met het brouwen van mijn eerste bockbier. Ik vind het een leuk en spannend experiment.  Het is namelijk met een hele andere manier van vergisten, bij een lagere temperatuur.  Die temperatuur kan ik alleen in dit jaargetijde controleerbaar houden door mijn kelder, bij gebrek aan een klimaatkast. Daar staat dus het bockbier nu te vergisten.
Naar aanleiding van een berichtje op facebook hierover, nam gisteren een collega pastoor contact met mij op. Hij daagde mij uit tot het maken van een speciaal bier voor een speciale gelegenheid. Een vraag met een goed verhaal daarachter, waarover ik later de details kan vertellen. Dat maakt ook dat het bier een goed verhaal moet hebben en dat vind ik zo ontzettend leuk om te doen. Elk bier dat ik wil maken moet beginnen bij een goed verhaal of een leuke gedachte. Zo heb ik de Jansenist gebrouwen als knipoog naar de Oud-Katholieke Kerk die voor jansenisten werden uitgemaakt. Het karakter dat een jansenist zou hebben heb ik tot uitdrukking gebracht in een zwaar bier. Dat begint bij het uitzoeken van de bierstijl die ik passend vind, om vervolgens op zoek te gaan naar de juiste ingrediënten om de smaak en geur te krijgen die ik wil en die dat verhaal vertelt. Dat bereik ik door de ultieme combinatie te maken tussen mout, hop en andere ingrediënten. Bij deze missie ben ik een mengvorm gaan bedenken.

De tekst gaat verder onder de afbeeldingen

Biologisch?

Het mooiste zou ik vinden wanneer het lukt om volledig biologisch te brouwen, want dat komt het verhaal van het bier ten goede. Helaas blijkt dat nog niet zo eenvoudig te zijn. Op het gebied van mout valt het mee, maar biologische hop is een zeldzaamheid. Sowieso zijn de hopsoorten die ik graag gebruik niet zo gemakkelijk verkrijgbaar, maar biologisch is het nog moeilijker. Dat merken andere brouwers ook, wat er toe heeft geleid dat brouwerij Maallust in Veenhuizen een eigen, biologische hoptuin heeft aangelegd, overigens ook met een goed verhaal! Misschien moet ik maar aanpappen met hun, of een eigen hoptuin aanleggen. Maar goed, dat is nog niet zo eenvoudig.

Een heuse missie bier dus, wat zorgt voor nieuwe inspiratie, maar ook voor een heerlijke bezigheid waar hoop ik veel vrienden weer van kunnen gaan genieten.

Het seizoen wisselt

Het seizoen wisselt

Het gouden licht dat zo eind augustus begint, geeft mij altijd weer de behoefte aan warmte. Het seizoen wisselt en dat maakt iets los in mij. Lekker in een stoel met een geurige kop warme chocolade is natuurlijk heerlijk. In dat prachtige licht van september zoek ik ook naar warmte in smaak en geur. De zwaardere speciaalbieren met een volle smaak en donkere geur krijgen mijn voorkeur.

Met dat idee ben ik enkele jaren geleden  – na een cursus bierbrouwen – begonnen met een eigen recept voor een zwaar bier, geheel naar mijn smaak. Door te lezen over de invloed van ingrediënten van het bier op de smaak en door daar een voorstelling van te maken voor mijzelf, lukte het mij om de juiste samenstelling te creëren om het perfecte zware biertje te maken. Met name de zware trappistenbieren en abdijbieren zijn mijn favorieten en daarom zocht ik daar ook mijn inspiratie.

Bier met een knipoog

Het moest een quadrupel worden, van rond de 9%, maar wel met een eigen draai. De naam wist ik al, want het moest een knipoog worden naar trappistenbier en ook een knipoog naar de geloofstraditie waarin ik leef en werkzaam ben als pastoor: de Oud-Katholieke Kerk. Wat rijmt er namelijk op trappist? Jansenist! Het is een naam die vroeger gebruikt werd voor onze gelovigen. Een verkettering vanuit rooms-katholieke hoek, vanwege het eigenwijze karakter van onze gelovigen. Ze lieten zich niet zomaar alles zeggen door het gezag in Rome en zo kon een traditie ontstaan die een eigen katholieke weg ging.

Maar ja, jansenisten staan wel een beetje bekend als zuur en bitter, dus mijn bier moest dat toch ook in zich hebben. Een doorleefde smaak, wat zwaar in de mond, maar toch ook wel weer met een frisse afdronk van genade.

Het seizoen wisselt

Deze zomer lukte mij het mijn recept verder te perfectioneren, zonder afbreuk te doen aan de smaak. Vlak voor mijn vakantie kon ik zo’n 100 flesjes jansenist bottelen. Nu het seizoen wisselt is het bruine goud klaar om gedronken te worden. En al zeg ik het zelf, het is mij gelukt om er weer iets heerlijks van te maken, met een mooie stevige schuimkraag en een zeer aangename balans tussen bitter, zoet en in de verte een zweempje zuur door de toevoeging van tarwe. Zo kunnen mijn gasten – en ikzelf natuurlijk – genieten van een stevig en verwarmend biertje.

Heerlijk om bij weg te dromen wanneer het septemberlicht alles warmer kleurt.

Brouwen en bidden

Beginnen met brouwen

Meer dan twintig
jaar geleden wilde ik al beginnen met zelf bierbrouwen. Het was toen nog niet
echt populair, maar een vriend was ermee begonnen en wat hij vertelde vond ik
echt geweldig. Zelf studeerde ik nog en op mijn studentenkamertje zou het niet
echt wat worden en daarbij was het nog niet zo eenvoudig om de juiste
materialen te vinden. Een dorp verderop van waar mijn ouders woonde was wel net
een grote bierspeciaalzaak begonnen die ook een zomers bierfestival
organiseerde. Maar met name het geld hield mij erg tegen, want dat had ik
nooit. Wel vond ik een boekje over brouwen, maar het leek allemaal erg
ingewikkeld. Af en toe keek ik erin, maar telkens schrok ik terug.

Een paar jaar
geleden leerde ik een nieuwe vriend kennen waarmee ik mijn passie voor bier in
ieder geval kon delen. Hij wist veel van speciale bieren en leerde mij nieuwe
smaken ontdekken en vroegen ons samen af hoe dat toch werkte met brouwen.

In 2017 kwam ik vervolgens de workshop ‘Brouwen en Bidden’ tegen bij de kloostergemeenschap Chemin Neuf. Het leek mij een geweldige gelegenheid om kennis te maken met zelf brouwen en meteen kennis te maken met de gemeenschap aldaar. Daarbij leek het mij wel een leuke combi, een pastoor en een atheïst samen bij een christelijke en praktische workshop.

Zo gingen we dan op een herfstige dag op pad naar Oosterhout, waar we ontvangen werden in een oud gebouwtje waar we koffie en koek nuttigden en na een gebed werden ingeleid in de theorie rondom brouwen. Zo stonden we met onze neuzen bovenop het brouwproces en leerden wat de ingrediënten doen en hoe elke fase eruit ziet, hoe het ruikt en smaakt. Na afloop proefden we natuurlijk het bier zoals dat smaakt als het helemaal klaar is, zodat we wisten wat ons te wachten staat.

Zo werden we zelf enthousiast over zelf brouwen en kregen veel ideeën om mee aan de slag te gaan. Natuurlijk wilde ik zelf een bier brouwen – op kleine schaal – dat helemaal aan mijn verwachtingen zou voldoen en zo ben ik vrij snel begonnen met het brouwen van een eigenwijze quadrupel volgens een zelf uitgedacht recept. Dit lukt mij al behoorlijk goed – de smaak is geweldig – alleen moet ik het vergistingsproces nog wat beter onder controle krijgen. De hergisting op fles gaat namelijk best heftig, waardoor een instabiel bier is ontstaan dat de neiging heeft tot gushing. De laatste versie had er geen last van, mits ik het rustig bewaar. Na transport (alleen al de trap af) moet het een dag tot rust komen om niet te gaan spuiten.

Landelijke inspiratie

Vakanties zijn ideale tijden om inspiratie op te doen in het leven. Het heet niet voor niets recreëren, na alle drukte van werk, studie of wat dan ook neem je de ruimte om weer tot jezelf te komen, jezelf dus te re-creëren. In mijn vakanties ga ik altijd op zoek naar ambachtelijk gemaakte producten die lokaal worden gemaakt en getuigen van landelijke inspiratie. Zo heb ik dit jaar in Nederland en Duitsland bieren ontdekt en brood en gebak geproefd die mij weer inspireren om ambachtelijk gemaakte dingen zelf te proberen.
Net terug van de vakantie overdenk je het allemaal nog eens en je haalt herinneringen aan eerdere vakanties op. Zo moest ik denken aan het weekendje weg naar Parijs in 2016 met mijn gezin. Onderaan de Montmartre, na ons bezoek aan de Sacré-Coeur, zaten we op een terrasje van een klein bistrootje. Daar genoten we van Tajine de Poulet fermier, oftewel boerenkip uit de tajine. De sfeer die daar hing, de leuke gesprekken die we hadden met een stelletje dat ook op het terras zat en de overheerlijke smaak van de kip met Noord-Afrikaanse invloeden kwamen allemaal naar boven. Tijd om ook zelf die Tajine te maken.

Nadat ik de boodschappen had gedaan moest ik eigenlijk nog een brood kopen om erbij te eten. Meestal halen we dan een platbrood bij onze Irakese buurman, maar eigenlijk kreeg ik veel meer zin in Pain de Campagne (landbrood dus). Maar ja, na de vakantie was er weinig over van mijn eigen desem, dus moest ik het met droge gist en voorverpakte desem doen. Wel natuurlijk weer een nieuwe desem gestart om binnenkort weer eigen desembroden te bakken. Toch mocht het resultaat er zijn. Een heerlijk landbrood dat een goede begeleider is van de poulet fermier.

Pain de Campagne

Landelijke inspiratie in bier

Tijdens de vakantie heb ik zowel in Nederland als in Duitsland verschillende bieren geproefd. Hierbij waren er een aantal bieren die mij aangenaam verrasten. Zo vond ik in de achterhoek het bier “Rein” van het Epe biercollectief. Het is een Quadrupel in Belgische Abbey stijl van 10%. Maar waarom hij mij opviel was dat hij qua smaak erg deed denken aan mijn eigen gebrouwen quadrupel. Niet zo zoet, maar met een hoppig karakter en een lekkere bittere smaak. Mijn eigen quadrupel onderscheidt zich dan weer door het lichte zuurtje en het troebele uiterlijk dat door de toevoeging van tarwevlokken en tarwemout ontstaat. Misschien vindt de brouwer van Rein de inspiratie niet zozeer landelijk, maar het is wel een lokaal initiatief dat je niet overal zomaar vindt.

In Duitsland ontdekte ik van G & A Veltins het ongefilterde landbier “Grevensteiner” dat fris was als pilsner, maar welke donkerder was en met een moutigere en drogere smaak dan pils. Ik vermoed dat door de toevoeging van caramelmout de kleur en smaak is verstevigd. Het is gebrouwen volgens het Reinheitsgebot zodat het gebrouwen is met alleen gemoute granen, hop, water en gist. De brouwer zal de landelijke inspiratie hebben gevonden in het Eifeler Landbier, maar dan met een wat stevigere smaak. Dat Eifeler Landbier is namelijk wat waterig en geeft niet echt een verrassende bierervaring.

Eigen landelijke inspiratie

Thuisgekomen kon ik genieten van mijn eerste zelfgebrouwen witbier. Ik heb hem de naam Witte de With meegegeven, verwijzend naar de straat waar ik woon en waar ik ben begonnen met bierbrouwen. Het bleek een stevige zeeschuimer te zijn met, voor een witbier, een behoorlijk alcoholpercentage (6,8%).  Ondertussen kon ik mijn eigen quadrupel gaan overhevelen naar een tweede gistingsvat. Het bier is al behoorlijk goed op smaak en komende week hoop ik te gaan bottelen. Binnenkort is er namelijk een mooi feest en kan ik mensen van mijn bieren laten proeven.